Kansspelheffing in coronajaar is onredelijk bezwarend

De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 23 juli 2025 geoordeeld in het hoger beroep tegen de kansspelheffing in coronajaar 2020.[1] JHV-gaming, waar onder andere Jack’s Casino onder valt heeft gelijk gekregen in de beroepsprocedure tegen de kansspelheffing van dat jaar, omdat zij in verschillende periodes gedwongen zijn gesloten in verband met coronamaatregelen.

Kansspelheffing in de toekomst

Deze uitspraak betekent dat andere kansspelaanbieders die in 2020 te maken hebben gehad met gedwongen sluitingen mogelijk in aanmerking komen voor een verlaging van kansspelheffing van dat jaar.

Wat verder relevant is aan deze zaak is de vraag wat nog meer als bijzondere omstandigheid kan kwalificeren voor kansspelaanbieders. In deze zaak is het duidelijk geworden dat kansspelaanbieders in ieder geval bij gedwongen sluitingen voor vermindering van heffing in aanmerking kunnen komen. In coronatijd ging het om periodes waar helemaal geen inkomsten waren. Het blijft echter de vraag of andere (minder drastische) omstandigheden ook als bijzonder kunnen worden gezien, bijvoorbeeld de verschuiving van landgebonden naar online kansspelaanbod.

Wat als u geen bezwaar heeft gemaakt tegen de aanslag kansspelheffing?

Besluiten waartegen geen rechtsmiddel meer openstaan hebben formele rechtskracht, waardoor kansspelaanbieders die geen bezwaar hebben gemaakt tegen de kansspelheffing in 2020 in beginsel niks meer daartegen kunnen ondernemen.

In het arrest Heesch/van den Akker wordt de hoofdregel gegeven door de Hoge Raad over formele rechtskracht. In beginsel moet de civiele rechter uitgaan van de juistheid van het besluit van de bestuursrechter.[3]
 
In bepaalde uitzonderingsgevallen kan de formele rechtskracht echter worden doorbroken. Een van deze uitzonderingen is bijvoorbeeld wanneer als het redelijkerwijs te begrijpen is dat het bestuursorgaan onrechtmatigheid van het besluit erkent.[4] Aangezien de Raad van State onrechtmatigheid van de kansspelheffing heeft erkent, is dit mogelijk een ingang voor kansspelaanbieders die niet in bezwaar zijn gegaan, om alsnog tegen de kansspelheffing van 2020 in te gaan.

Wat als u geen bezwaar heeft gemaakt tegen de aanslag kansspelheffing?

Mocht u advies nodig hebben over een (mogelijke) bezwaarprocedure tegen kansspelheffing, neem dan contact op met onze specialisten via e-mail: info@westhoffvannamen.nl of telefonisch via +31 85 483 9841

[1] Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State 23 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:3390.

[2] Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State 23 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:3390, r.o. 3.2.3.

[3] HR 16 mei 1986, ECLI:NL:HR:1986:AC9347.

[4] HR 18 juni 1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC1006.

Hoe werkt kansspelheffing

De Kansspelautoriteit legt heffingen op aan landgebonden kansspelaanbieders gebaseerd op de grootte van het aanbod dat zij op de markt hebben. In de praktijk wordt er een bepaald percentage geheven over elke spelersplaats van de aanbieder, in plaats van op de daadwerkelijke omzet van kansspelaanbieders. Voor een Casino zijn dit dus de hoeveelheid spelersplaatsen dat zij in haar zaak aanwezig heeft, ongeacht of deze ook gebruikt worden. Deze heffing wordt dus berekend met behulp van een forfaitair percentage.

Uitspraak van de Raad van State

In 2020 hebben kansspelaanbieders lagere inkomsten ervaren door coronamaatregelen. Hierdoor ontstond er een groot verschil tussen de forfaitaire heffing en het daadwerkelijke aanbod van dat jaar. De Raad van State meldt over deze forfaitaire heffing het volgende:

 “Dat percentage is gerelateerd aan het daadwerkelijke aanbod onder normale economische omstandigheden. In de nota van toelichting bij artikel 3 is daarover opgemerkt dat de percentages zijn afgeleid van de administratieve gegevens uit 2010 en alleszins redelijk zijn. Zo is geprobeerd zo dicht mogelijk aan te sluiten bij het daadwerkelijke aanbod onder normale economische omstandigheden. In de bewuste perioden was het aanbod door coronamaatregelen echter nihil. De toepassing van het forfaitair stelsel in die perioden verhoudt zich niet met het door de wet- en regelgever gekozen uitgangspunt dat wordt geheven naar daadwerkelijk aanbod. Dat uitgangspunt wordt dan namelijk in zijn geheel verlaten.”[2]
 

Door de Raad van State wordt in deze uitspraak benadrukt dat het uitgangspunt van kansspelheffing is om te heffen naar het daadwerkelijke aanbod. Ook is het forfaitaire percentage opgesteld om zo dicht mogelijk bij het daadwerkelijke aanbod aan te sluiten onder normale economische omstandigheden. De Raad van State oordeelt dat de economische omstandigheden in 2020 in bijzonder waren door coronamaatregelen, wat de heffing onredelijk bezwarend maakt.